Selecteer een pagina

Die Weisse Rose

Opdracht 1.

Vraag 1.

Hitler beloofde na de Eerste Wereldoorlog aan het volk dat er welvaart en geluk zou zijn, en een groei van het Duitse Rijk. Het aantal werkelozen zou veel kleiner worden en het zou afgelopen zijn met de armoede die er was nadat Duitsland de schuld had gekregen van de Eerste Wereldoorlog en veel herstelbetalingen moest doen. Voortaan zou iedereen weer elke dag te eten hebben.
Deze beloften maakten de mensen natuurlijk helemaal wild van enthousiasme. Met het vooruitzicht dat alles beter wordt, krijg je het volk wel blij. Ook voor Hitlers nationalistische propaganda werden de mensen al snel enthousiast: de Duitsers voelden zich het beste volk van de wereld. Ze hoefden voor niets en niemand bang te zijn. Dit zijn allemaal betere gevoelens die ervoor gezorgd hebben dat Hitler bij het volk populairder en populairder werd en er een sterke eenheid ontstond in Duitsland.
Tenslotte zorgde Hitlers belofte dat hij zou zorgen dat iedere Duitser voortaan weer onafhankelijk werd, voor des te meer animo bij de Duitse bevolking.

Vraag 2.

De Hitlerjugend leek een heel vrolijke organisatie: er werd tal van spelletjes gespeeld, sporten beoefend en wandelingen gemaakt. Er heerste een grote saamhorigheid binnen de organisatie. Ook had je het gevoel dat je echt belangrijk was en net als volwassenen iets kon betekenen voor het volk van Duitsland. Dit alles maakte het hartstikke aantrekkelijk voor kinderen om zich aan te sluiten bij de Hitlerjugend.

Vraag 3.

Hitler “lokte”, net als de rattenvanger van Hamelen de onschuldige kinderen met iets leuks. Bij de ratenvanger was dat “leuks” de fluitmuziek. Bij de Hitlerjugend waren dat alle activiteiten en sporten die georganiseerd werden. Net als de rattenvanger van Hamelen zal Hitler de jongeren naar de verdoeming leiden. Met de Hiterjugend brengt hij de kinderen bij wat hij ze wil bijbrengen: antisemitisme, nationalisme, agressiviteit. Net als de kinderen van Hamelen en net als ieder kind zijn de kinderen die meededen in de Hitlerjugend makkelijk beïnvloedbaar. Ze weten niet beter en toonden dan ook geen verzet en daarom kon Hitler ze mooi gebruiken voor zijn eigen plannetjes.

Opdracht 2

Vraag 1

Er ontstond steeds meer twijfel omdat de mensen toch niet helemaal verteld werd wat Hitler precies van plan was en ook omdat veel mensen niet veel goeds zagen in de jodenvervolgingen. Door Hitlers “jodenbeleid” begonnen jongeren zich af te vragen of het wel goed was dat ze achter Hitler aan liepen. Wanneer de mensen ook verboden werd om buitenlandse volksliederen te zingen en gezegd werd dat er bij overtreding van dit verbod zelfs gestraft werd en wanneer hij opeens zijn lievelingsboeken niet meer mocht lezen, sloeg de twijfel helemaal aan bij Hans.
Verder kreeg Hans binnen de Hitlerjugend ook te maken met vervelende voorvallen. Zo moest hij een grote teleurstelling verwerken toen bleek dat de vlag waar hij met zijn maten zo hard aan gewerkt had, niet gedragen mocht worden omdat hij niet aan de eisen voldeed.
Wat ook een rol speelde bij de twijfel van Hans is het zien van het ideaalbeeld van Hitler. In plaats van Hans’ eigen ideaalbeeld, jongeren die het beste uit zichzelf haalt, ziet hij de wens naar gedisciplineerde jongemannen in uniform.
Tenslotte was de twijfel van Hans rond wanneer er een leraar werd opgepakt en naar een concentratiekamp gebracht werd, omdat hij geen nazi wilde zijn.

Vraag 2

Het was natuurlijk slecht voor het nationalisme en het eenheids- en saamhorigheidsgevoel Russische en Noorse volksliederen te zingen, zeker wanneer ze in een andere taal gezongen moesten worden en over een ander volk gingen. Het is niet zo dat de muziek niet mooi was, maar omdat Hitler dacht dat hij op deze manier macht over zijn volk verloor.

Vraag 3

Het is onmogelijk als groot leider iets dergelijks niet te weten. Alles werd aan hem doorverteld. Bovendien is Hitler zelf degene die achter al deze concentratiekampen zit.

Vraag 4

De manier waarop Hitler zijn beloftes nakomt is verre van goed. Dankzij de (verschrikkelijke) oorlogsindustrie die hij heeft opgezet, en al de baantjes voor de overheid die aangeboden werden, hadden mensen werk. Bovendien heerste er nu wel geen werkeloosheid meer, maar wel angst onder de bevolking.