Beeldende kunst:
[b]3 schilderijen uit het van Abbe museum.[/b]
– Marc Chagall ~ Hommage a Apollinaire
– Piet Mondriaan ~ Compositie XIV
– Karel Appel ~ Les Condamnes
Recensie:
(http://www.vanabbemuseum.nl/nederlands/index.html)
(boek: ‘Van Abbemuseum, Eindhoven‘, geschreven door de staf van het museum)
Marc Chagall:
Hommage a Apollinaire is een van de mooiste en rijkste schilderijen van Chagall. Het is een dichterlijke verbeelding van de mens, die wordt geprojecteerd in een soort magische cirkel, al eeuwen lang het symbool voor de aarde en de kosmos. Binnen deze cirkel creëert Chagall een afwisselend beeld van ritmische vormen en stralende kleuren.
Piet Mondriaan:
Hoewel de herkomst van dit beeldmotief waarschijnlijk bij zijn steeds verder geabstraheerde schilderijen en tekeningen van bomen ligt, of bij de structuur van de façade van een gotische kathedraal, heeft Mondriaan zich hier volledig losgemaakt van het onderwerp.
Hij ontwikkelt een structuur van betrekkelijk korte verticale en horizontale lijnen, die vele rechthoekige vlakjes vormen, onderbroken door slechts enkele gebogen lijnen. Deze structuur wordt ondersteund door de rechthoek van het beeldvlak.
Karel Appel:
Dit schilderij is, zoals de subtitel aangeeft, een hommage aan Ethel en Julius Rosenberg, een joods echtpaar dat in 1953 in Amerika ter dood veroordeeld is op verdenking van spionage voor de Russen. Gewoonlijk verwijst Appel in zijn werk niet direct naar een specifieke gebeurtenis.
Wel schildert hij, met name in de jaren vijftig, dikwijls gekwelde en tragische figuren. In zijn werk speelt het leed van de wereld zoals de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog en de dreiging ven de Koude Oorlog een rol. Appel combineert deze thematiek met een zeer expressieve manier van schilderen. Hierdoor straalt zijn werk behalve tragiek een enorme vitaliteit uit.
Verwachtingen die ik vooraf had:
Voordat ik naar het van Abbe museum ging had ik nog geen idee welke schilderijen ik zou uitkiezen voor mijn verslag. Dus dat heb ik daar gedaan. Daarom kon ik ook niet echt een verwachting vormen. Ik wist wel dat ik geen saai schilderij wou uitkiezen, ik wou wat bijzonders, niet alleen een schilderij waar bijvoorbeeld maar een puntje op staat.
Wat wist ik over de makers:
(http://www.chagall.nl/)
(http://www.the-artfile.com/nl/artiesten/mondriaan/mondriaan.htm)
(http://www.dekunstpoort.nl/Biografie/Karel-Appel.htm)
Marc Chagall:
Mark Zakharovich Chagall werd geboren in het stadje Vitebsk aan de rivier de Dwina in Wit-Rusland op 7 juli 1887. Hij groeide op in een zeer vroom Joods milieu als oudste van een groot gezin dat weinig geld had. Vader werkte met vismanden van de kade naar de vishandel. Moeder probeerde wat bij te verdienen met een kruidenierswinkeltje in de voorkamer van het huis. De geborgenheid (dat is: de liefde, de warmte, de vreugde van het feestvieren) die hij in zijn jeugd ervoer, zal zijn hele bestaan schragen en is steeds in zijn werk terug te vinden.
Vitebsk was evenwel een stadje waar Chagall zich alleen maar kon vervelen. Ook Rusland kon hem niet genoeg bieden. Hij trok in 1910 naar Parijs en schilderde daar ontzettend veel. In 1914 keerde hij terug naar Vitebsk, waar hij met zijn jeugdvriendin Bella trouwde. Na de Eerste Wereldoorlog en enkele jaren communisme wist Chagall zeker dat hij dit deel van Europa voorgoed zou verlaten. Samen met vrouw en dochtertje trok hij via Berlijn opnieuw naar Parijs. Frankrijk werd zijn tweede vaderland, dat hij alleen verliet toen hij in de Tweede Wereldoorlog naar Amerika moest uitwijken. Hier overleed zijn vrouw plotseling in 1944. Na de oorlog keerde hij terug naar Frankrijk. Hier huwde hij Vava, die een even inspirerende vrouw voor hem zou zijn. De Franse staat bouwde in Nice het ‘Musée National Message Biblique Marc Chagall’, dat geheel gewijd is aan Chagall. Niet ver hier vandaan stierf hij in zijn woonplaats Saint-Paul-de Vence in 1985.
Piet Mondriaan:
Pieter Cornelis Mondriaan werd op 7 maart 1872 in Amersfoort geboren. In 1889 behaalde hij zijn diploma voor tekenonderwijs op lagere scholen en in 1892 behaalde hij het diploma dat hem recht gaf om ook op middelbare scholen tekenonderwijs te geven. Vervolgens is hij avondcursussen aan de Rijksacademie in Amsterdam gaan volgen.
Mondriaan schilderde in die tijd best veel, waarvan het merendeel in naturalistische en impressionistische stijl.
Van 1908 tot 1910 woonde Mondriaan in het Zeeuwse plaatsje Loverendale.
Aan het eind van 1910 komt Mondriaan in het bestuur van de ‘Moderne Kunstkring’ in Amsterdam. In 1911 werd er in Amsterdam een tentoonstelling van Franse Kubistische schilderkunst gehouden, waar Mondriaan zeer van onder de indruk raakte. Al vrij snel na de tentoonstelling besloot hij dan ook naar Parijs te verhuizen en begon met het maken van kubistische schilderijen.
In die tijd was Parijs de plaats waar je moest zijn voor artiesten. Mondriaan kreeg in Parijs de kans om aan vele internationale tentoonstellingen deel te nemen en hij ontving vele lovende kritieken.
Wegens ziekte van zijn vader werd Mondriaan in 1914 gedwongen naar Nederland terug te keren. In Nederland was hij door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog genoodzaakt te blijven.
Hij verhuisde meerderenmalen en komt uiteindelijk in Laren te wonen. In een tijdschrift probeerde hij zijn ideeën duidelijk te maken. Dit waren voornamelijk zuiver geometrisch-abstracte schilderijen.
In 1919, na de oorlog, verhuisde Mondriaan weer naar Parijs, waar hij weer op zijn oude adres kon wonen. Ter gelegenheid van zijn vijftigste verjaardag werd in 1922 in het Stedelijk Museum in Amsterdam een overzichtstentoonstelling van zijn werk gehouden. Mondriaan reisde naar Nederland en kwam daardoor in contact met de architect. Deze hechte vriendschap eindigde al in hetzelfde jaar door een meningsverschil over de betekenis en de rol van de architectuur in de maatschappij.
Al snel begint Mondriaan ook met diagonale lijnen en andere kleuren te experimenteren. In 1938 verhuisde Mondriaan door de dreiging van het Nazi-Duitsland naar Londen. En in 1940 verhuisde hij naar New York na het Duitse bombardement op Londen. Mondriaan bleef in New York tot hij stierf in 1944. Tijdens deze jaren in New York werd hij omringd door een groep jonge Amerikaanse kunstenaars.
Karel Appel:
Karel Appel (Amsterdam, 1921) ontmoette begin jaren veertig, tijdens zijn opleiding aan de Rijksacademie in Amsterdam, Corneille. In 1946 reisde Appel met hem naar Luik en een jaar later exposeerden ze samen. Na een tussenstop in Parijs keerden ze terug naar Amsterdam. Daar leerden ze Constant kennen en in 1948 exposeerden zij gedrieën in Amsterdam.
Op 16 juli 1948 richtten Appel, Corneille en Constant samen met Anton Rooskens, Theo Wolvecamp en Jan Nieuwenhuys (de broer van Constant) de Nederlandse Experimentele Groep op.
Appel was op 8 november 1948 medeoprichter van CoBrA. Waarschijnlijk is hij in Nederland het meest bekende lid van de beweging. Hij werd vooral beroemd om zijn credo “Ik rotzooi maar wat aan”. Zijn werk veroorzaakte in de Nederlandse kunstwereld van de veertiger en vijftiger jaren veel deining. Zo bracht zijn wandschilderij “Vragende kinderen” uit 1949 in de kantine van het Amsterdamse stadhuis een waar schandaal teweeg. Op aandringen van verontwaardigde ambtenaren werd deze ‘twist-Appel’ zelfs door de gemeente bedekt en ging het kunstwerk dus schuil achter behang, tien jaar lang.
Appel heeft altijd de oproep tot directe expressie in verf voorgestaan, meer dan de door Constant bepleite marxistische analyse van de westerse beschaving. Aan de theoretische pamfletten van Constant en Dotremont heeft hij dan ook nooit veel aandacht besteed. In de Cobrajaren schilderde hij in felle kleuren, simpele vormen en met stevige lijnen vriendelijke, onschuldige kindwezens en fantasiedieren.
Ook na het uiteenvallen van CoBrA heeft hij de gevoelsmatige benadering van zijn onderwerp weten te behouden. In de jaren vijftig ontwikkelde hij een steeds heftiger schildertrant; lijn en kleurvak smolten samen in een bewogen verfmassa. Naast schilderen heeft de veelzijdige Appel zich ook bezig gehouden met het maken van assemblages en beeldhouwwerken en het schrijven van gedichten.
In 1953 was zijn werk te zien op de Biënnale van Sao Paulo en in dat jaar had hij tevens zijn eerste grote solotentoonstelling. In 1954 kreeg hij solotentoonstellingen in Parijs en New York. Deze markeerden het begin van een internationale carrière.
Globale indruk:
Ik vind alle drie de schilderijen wel wat hebben, anders had ik ze ook niet uitgekozen…
Chagall: Dit schilderij vind ik leuk omdat er heel veel aan te zien valt. Je moet misschien even kijken, maar dan zie je wel heel veel kleine plaatjes die je van veraf niet ziet, bijvoorbeeld de twee vogels onderaan in de hoek. Ik vind dit dus een spannend schilderij.
Mondriaan: Dis schilderij vind ik mooi door de kleur. Ik vind het iets uitstralen, ik denk rust. Ik weet niet precies wat het is. Ook de verhoudingen tussen de rechte strepen en figuren en de boogjes vind ik interessant.
Appel: Ik heb de schilderijen van Appel altijd al interessant gevonden. Waarschijnlijk door de kindertekeningen die hij maakt. Ik vind het grappig om te zien met wat voor schilderijen Appel bekend en beroemd is geworden. Dit schilderij hing in het van Abbemuseum, en ik vond deze de mooiste van de schilderijen van Karel Appel.
Bespreking van de kunstzinnige middelen die aan bod komen:
Wat zie je: is het werk figuratief of abstract?
Chagall: Dit werk is figuratief. Het is niet naar de werkelijkheid geschilderd, maar je kan wel zien wat het werk voorstelt.
Mondriaan: Dit werk is volledig abstract. Je kan niet zien wat het precies voorstelt. Ik weet wel wat Mondriaan er mee bedoeld heeft. Dit schilderij is gebaseerd op een voorgevel van een kathedraal.
Het is natuurlijk sterk geabstraheerd.
Appel: Dit werk is figuratief, je ziet nog net dat het twee figuren voorstelt. Het is misschien onduidelijk wat voor figuren het zijn, maar dat kan je er nog uithalen.
Wat zie je: Wordt je aandacht getrokken naar een bepaald punt?
Chagall: Hier wordt je aandacht sterk naar de twee figuren in het midden getrokken. Dat is waarschijnlijk ook wel duidelijk, ze staan centraal op het schilderij.
Mondriaan: Dit is een overall-compositie. Je aandacht wordt over heel het schilderij verdeeld. Er is geen centraal punt wat je het eerst opvalt.
Appel: Hier valt je aandacht weer op de twee figuren op het schilderij. Ze vullen wel ongeveer heel het schilderij zelf.
Wat zie je: Is de ruimte of omgeving waarin het werk is te zien van belang?
Alledrie de werken waren niet ingelijst. Ze hingen zonder lijst aan een witte muur. Maar het had geen invloed op de schilderijen zelf, dus de ruimte was niet echt van belang.
Werkwijze: Hoe heeft de kunstenaar zijn technieken en materialen gebruikt?
Chagall: Dit werk is gemaakt met olieverf, goud en zilverpoeder op doek (linnen).
Mondriaan: Dit is geschilderd met olieverf op doek (linnen).
Appel: En dit is ook olieverf op doek (linnen). Alleen is dit schilderij dikker geschilderd. Je ziet hier meer lagen op zitten, dat is bij de andere schilderijen niet zo.
Werkwijze: Welke rol speelt de waarneming van de wekelijkheid bij de kunstenaar?
Chagall: In dit schilderij zit helemaal geen werkelijkheid, niks lijkt er een beetje op. Ik heb nog nooit gezien dat er iemand uit een ander persoon kwam. De achtergrond vind je ook niet zomaar ergens, die is er bij bedacht. Dus Chagall heeft wel naar de werkelijkheid gekeken, maar hem niet zo uitgevoerd.
Mondriaan: Mondriaan heeft dit schilderij wel op de werkelijkheid gebaseerd, maar je kan het er niet in terug zien. Hij heeft het zo geabstraheerd dat je niet meer ziet wat het is.
Appel: Appel heeft ook naar de werkelijkheid gekeken, dat zie je nog net in het schilderij. Maar meer is het ook niet. Je ziet nog net dat het twee figuren voorstelt, maar wat voor personen het zijn zie je niet.
Inhoud: Levert de titel een aanwijzing voor de interpretatie?
Chagall: Hommage a Apollinaire betekent: ‘Apollinaire heeft de hulde’. Apollinaire was een schrijver. En een goede vriend van Chagall. Dus dit schilderij is geschilderd aan Guillaume Apollinaire.
Mondriaan: Dit schilderij heet Compositie XIV. Hier kan je dus niet veel mee.
Appel: Dit schilderij heet Les Condamnes wat ‘De Veroordeelden’ betekent. Hier kan je wel veel mee. Misschien zijn de twee figuren op het schilderij veroordeeld voor iets. Wat is niet duidelijk. Je ziet het ook wel aan de kleuren van het schilderij. Ze zijn niet bepaald vrolijk. Het zijn sombere kleuren.
Inhoud: Verwijst het werk naar bekende verhalen?
Alleen achter het schilderij van Chagall zit een verhaal. Namelijk die van Adam en Eva. Eva ontstaat, net als in de bijbel, uit Adam. Ook hebben ze een appel vast, wat staat voor het verlaten van het paradijs.
Achter de andere twee schilderijen zit zover ik weet geen bekend verhaal…
Betekenis: Wat is de betekenis van het werk?
Chagall: Dit werk is bedoeld als illustratie, provocatie en het roept op tot een eigen interpretatie. In dit schilderij zitten heel wat betekenissen. De twee figuren in het midden (Adam en Eva) zijn versmolten tot een gedaante. De cirkel stelt een wijzerplaat voor. Er staan ook namen op het schilderij, die van hemzelf, maar ook van zijn vrienden. Maar dan wel afgekort. Het schilderij stelt ook tegenstellingen voor, zoals: dag en nacht, goed en slecht, donker en licht. Je kan er zelf ook nog heel wat uit halen. Je kan er zelf een verhaal bij verzinnen.
Mondriaan: In dit schilderij kan je zoveel zien. Of juist helemaal niks… Zelf zie ik er niet veel in. Alleen misschien omdat ik al weet wat het moet voorstellen. Er is verder geen verhaal of betekenis bij. Het is een heel geabstraheerde voorstelling van een kathedraal. Dus vooral decoratie.
Appel: Ik denk dat het hier de bedoeling was om op kinderlijke wijze iets serieus uit te drukken. Dit schilderij is heel kinderlijk geschilderd, maar drukt twee veroordeelden uit zoals de titel al zegt. Het is bij Appel altijd de bedoeling dat vitale krachten worden uitgedrukt in een kindertekening.
Wat heb ik boeiend/minder boeiend/mooi/minder mooi gevonden?
Chagall: Dit werk vind ik vooral interessant door het verhaal wat erbij hoort. Dat boeide me dus wel. Ik vind er ook niks lelijks aan. Ik vind het een mooi schilderij, ook mooie heldere kleuren. Dat spreekt me het meest aan.
Mondriaan: Dit schilderij vind ik grappig door de streepjes en boogjes. Ook leuk doordat ik er later achterkwam dat het dus een voorgevel van een kathedraal was.
Het is niet dat ik nu wel zie dat het een kathedraal voorstelt, maar ik kan het me wel voorstellen. Het gaat wel saai worden als je er lang naar kijkt.
Appel: Dit schilderij vind ik leuk omdat het als het ware een kindertekening is. En omdat het dan wel beroemd en bekend is geworden. Dit schilderij heeft wel wat minder heldere kleuren, maar ik vind de combinatie toch heel mooi.
Wat heb ik ervan geleerd? Welke nieuwe zaken heb je leren kennen?
Ik wist al heel wat van kunst af omdat het in mijn gezin veel gedaan wordt. Ik heb wel geleerd nog beter te kijken naar een schilderij, en dat er een betekenis achter kan zitten. Ik heb dus ook geleerd naar betekenissen te zoeken. Kijken naar het schilderij, en bedenken wat het nog meer zou kunnen voorstellen dan alleen het plaatje.