Selecteer een pagina

Auteur: Onbekend, wel een vermoedelijke schrijver een Belgische rederijker genaamd: Jan Dille. Hij schreef zijn stuk in de 14e eeuw. Sommige mensen denken dat hij uit het westelijk deel van Belgisch Limburg stamde, maar de heersende opvatting is dat hij uit het oostelijk deel van Zuid-Brabant komt, want in zijn werk zitten veel kenmerken van de Brabantse taal.

Uitvoerige samenvatting

De oude koning van Sicilië is getrouwd met een jongere vrouw, de dochter van de koning van Hongarije. Onverwacht heeft hij bij haar een troonopvolger gekregen: Esmoreit. Robbrecht, de neef van de koning, ziet hierdoor zijn troonopvolgerschap verloren gaan. Omdat hij koning van Sicilië wil worden, bedenkt hij een plan om Esmoreit te laten verdwijnen en om de koningin te schande te maken, zodat de koning haar op zal sluiten.
De hofastroloog Meester Platus vertelt de koning van Damascus dat de planeten voorspellen dat er op Sicilië een koninklijk christenkind geboren is. Dit kind zal de koning doden en zijn dochter trouwen. Dit bericht ontstemt de koning, maar gelukkig weet Platus raad: ze moeten het kind bemachtigen (door het te kopen of door het te ontvoeren). Hij zal dan niet op het idee komen zijn vader te vermoorden en zijn zus te trouwen. De koning vindt dit een prima plan en laat een expeditie samenstellen om naar Sicilië te vertrekken.

Ondertussen heeft Robbrecht Esmoreit ontvoerd en hij wil hem in een put gooien. Net op tijd ontdekt Meester Platus het kind en hij biedt Robbrecht duizend pond. Platus vertelt Robbrecht dat hij Esmoreit naar de stad Balderijs zal meenemen. Robbrecht is tevreden en gaat akkoord.

De koning van Damascus bepaalt bij thuiskomst van de expeditie dat zijn dochter Damiet
Esmoreit zal opvoeden. Iedereen krijgt bovendien zwijgplicht over de afkomst van Esmoreit.
Op Sicilië maakt Robbrecht de koning wijs dat zijn vrouw schuldig is aan de verdwijning van zijn zoon en dat zij het plan heeft om de koning te vergiftigen en daarna met een andere man te trouwen. De koning roept zijn vrouw bij zich, hij veroordeelt haar zonder meer ter dood en laat haar vastzetten.

Achttien jaar later bekent Damiet aan Esmoreit dat ze verliefd op hem geworden is. Esmoreit is verbaasd: zij is tenslotte zijn zus. Dan vertelt ze hem dat hij een vondeling is. Esmoreit besluit zijn ouders te zoeken en als hij terugkeert, zal hij met Damiet trouwen. Damiet geeft hem de doek mee, waarin hij gewikkeld was toen hij in Damascus aankwam.

Na twee jaar zoeken komt Esmoreit op Sicilië terecht. Hij loopt langs de gevangenis en roept daar de goden aan voor hulp. De koningin in de kerker hoort hem en kijkt door het venster naar buiten. Zij herkent de doek die de jongeman op zijn hoofd gebonden heeft: op deze doek is het wapenschild van het koninkrijk Hongarije geborduurd. Ze roept hem en vertelt haar verhaal. Esmoreit gaat naar de koning. Deze gelooft hem nadat hij Esmoreit herkend heeft, en hij laat zijn vrouw door Robbrecht uit de gevangenis halen. Robbrecht zegt woedend dat hij degene die de koninklijke familie dit aangedaan heeft wel zou kunnen doden. Esmoreit bekeert zich tot het christendom.

Esmoreit is al lang weg uit Damascus en Damiet wordt langzamerhand bezorgd. Ze besluit hem samen met Meester Platus Esmoreit te gaan zoeken.

Damiet en Platus komen aan op Sicilië. Als ze op audiëntie aan het koninklijk hof verschijnen, ziet Esmoreit Damiet. De koning geeft hen toestemming met elkaar te trouwen. Platus herkent Robbrecht als degene die hem twintig jaar eerder Esmoreit verkocht heeft. Robbrecht ontkent, maar het ivoren kistje waar het geld in zat heeft hij nog in zijn bezit. Robbrecht wordt opgehangen en Esmoreit en Damiet worden koning en koningin van Sicilië.

Korte samenvatting

Esmoreit is de kroonprins van Sicilië. Zijn geboorte is een tegenvaller voor zijn neef Robbrecht, die tot dan toe de troonopvolger was. Robberecht besluit daarom Esmoreit te vermoorden. Over de koning van Damascus wordt een voorspelling gedaan, hij zal vermoordt worden door een prins en die prins zal zijn dochter trouwen. De koning van Damascus laat Platus de prins zoeken en hem naar Damascus brengen om zo de moord af te wenden. Als Platus de prins vindt, is Robberecht net bezig hem te vermoorden. Platus koopt de prins van Robberecht en vertrekt weer naar Damascus. Velen jaren later komt de dochter van de koning (Damiët) erachter, dat ze verliefd op Esmoreit is en dat hij een vondeling is. Esmoreit hoort het van haar als ze tegen zichzelf praat. Hij is ook verliefd op haar, maar hij gaat er niet op in, omdat hij denkt dat hij van lagere afkomst is. Hij wil eerst opzoek gaan naar zijn echte ouders voordat hij met haar trouwt en vertrekt meteen. Hij neemt de doek waarin hij is gevonden met zich mee. Op Sicilië komt Esmoreit achter zijn ware identiteit. Damiët gaat, als pelgrim, samen met Platus naar Sicilië. Als de hele familie herenigd is herkent Platus Robberecht en zo komt aan het licht dat hij Esmoreit wilde vermoorden. Robberecht wordt vervolgens opgehangen en daarmee eindigt het boekje.

Kenmerken van de stroming

Het wereldlijke en geestelijke toneel

Esmoreit is in de middeleeuwen geschreven en behoort daardoor dus tot die stroming. Het middeleeuwse toneel is van oorsprong in de kerk ontstaan. In korte scènes voordat de dienst begon, wilden de priesters de onontwikkelde gelovigen geloofswaarheden bijbrengen. In de loop der jaren kwam het toneel steeds meer los van de kerk. De personages werden eerst alleen door priesters gespeeld later door anderen. De stukken werden opgevoerd in het Latijn, maar later werd dit in de volkstaal gedaan, eerst werden de stukken opgevoerd in de kerk, later op marktpleinen en de inhoud van de stukken warenniet langer alleen maar gebaseerd op godsdienst. Je kunt het toneel indelen in twee groepen: het wereldlijke toneel en het geestelijke toneel. Wereldlijk toneel bestaat uit: abele spelen over hoofse liefde, en uit kluchten of sotternieën die over grappen en het volksleven gaan. Het geestelijke toneel bestaat uit: mysteriespelen, waarin gebeurtenissen uit de bijbel worden opgevoerd, mirakelspelen, waarin er een wonder of de tussenkomst van een heilige voorkomt en tot slot zijn er nog moraliteiten waarin een bepaalde levensles of geloofswaarheid werd verteld.

Kluchten

In toneelstukken speelt God het meest van de tijd een grote rol, bij kluchten is dit een ander verhaal. God speelt in kluchten namelijk helemaal geen rol. Deze kluchten zijn vooral grappig bedoeld en ze gaan over het dagelijks leven, je kunt er naar kijken als je wilt. Kluchten komen altijd na een wereldlijk toneelstuk.

Toepassen van tijdkenmerken

Het wereldlijke en geestelijke toneel

Esmoreit is in de middeleeuwen geschreven en behoort daardoor dus in die stroming. Het middeleeuwse toneel is van oorsprong in de kerk ontstaan. In korte scènes voordat de dienst begon wilden de priesters de onontwikkelde gelovigen geloofswaarheden bijbrengen. In de loop der jaren kwam het toneel steeds meer los van de kerk. De personages werden eerst alleen door priesters gespeeld later door anderen, de stukken werden opgevoerd in het Latijn, later in de volkstaal, eerst werden de stukken opgevoerd in de kerk, later op marktpleinen en de inhoud van de stukken was niet langer alleen maar gebaseerd op godsdienst. Je kunt het toneel in delen in twee groepen: het wereldlijke toneel en het geestelijke toneel. Wereldlijk toneel bestaat uit: abele spelen over hoofse liefde, en uit kluchten of sotternieën die over grappen en het volksleven gaan. Het geestelijke toneel bestaat uit: mysteriespelen, waarin gebeurtenissen uit de bijbel worden opgevoerd, mirakelspelen, waarin er een wonder of de tussenkomst van een heilige voorkomt en tot slot zijn er nog moraliteiten waarin een bepaalde levensles of geloofswaarheid werd verteld.

Vergelijking

Esmoreit is een hoogtepunt van het vroegere wereldlijke toneel. Voor het jaar 1400 zijn uit geen enkel West-Europees land zulke kwalitatieve niet-religieuze toneelspelen bekend. Het ontstaan van het wereldlijke toneel is niet helemaal bekend. Men denkt dat het voortkomt uit het oudere godsdienstige toneel, maar het zou ook goed mogelijk kunnen zijn dat het vroeg in de Middeleeuwen al bestond. Bij Esmoreit speelt God wel degelijk een rol, hij wordt alleen niet gezien als een personage. Hier is dus sprake van een tijdkenmerk in het boek, dat blijkt ook uit het volgende citaat.

Citaat 1: ”Ach machtige God, van wie alles afhankelijk is, U werd onschuldig aan het kruis genageld, genadige God, met drie spijkers.” (blz. 23)

Je zou de abele spelen kunnen vergelijken met hoofse ridderverhalen, alleen in geen één van de spelen is een duidelijk voorbeeld aan te wijzen. Maar het is wel daaruit ontstaan want het kan niet zo zijn, dat het godsdienstig toneel zich apart ervan heeft ontwikkeld. De betekenis van het woord abel is niet helemaal zeker. Het kan edel of schoon betekenen, dit slaat dan op de inhoud van de spelen die over de liefde gaan. Esmoreit is een echt liefdes verhaal er wordt namelijk veel gesproken over houden van en over lief hebben. Dit is ook duidelijk in het volgende citaat, er wordt namelijk gesproken over trouwen.

Citaat 2: “O Esmoreit, blijf bij mij! Ik vraag het je uit naam van alle vrouwen. Als mijn vader sterft, zal ik met je trouwen, mijn ridder.” (blz. 29)

Kluchten

In toneelstukken speelt God het meest van de tijd een grote rol, bij kluchten is dit een ander verhaal. God speelt in kluchten namelijk helemaal geen rol. Deze kluchten zijn vooral grappig bedoeld en ze gaan over het dagelijks leven, je kunt er naar kijken als je wilt. Kluchten komen altijd na een wereldlijk toneelstuk.

Vergelijking

De klucht die na Esmoreit volgt is Lippijn. Het is een grappige klucht en gaat vooral over seks en er komen veel grappen in voor.

Citaat 3: “Ik ben al mijn hele leven je arme slaaf geweest en ik heb zo’n idee dat ik het ook de rest van mijn leven zal blijven.” (blz. 53) Dit is een grappig citaat uit de klucht Lippijn.

Genre

Kort samengevat de belangrijkste kenmerken van het boek:

– Een onschuldig veroordeelde koningin die vertrouwd op God

– Een jongeman (Esmoreit) gaat opzoek naar zijn afkomst

– Een liefde tussen koningskinderen van christelijke en heidense afkomst

– De voorspelling van naderend onheil, dit wordt ook vaak verbonden met kindermoord

Liefde tussen koningskinderen van christelijke en heidense afkomst

Het thema van het toneelstuk Esmoreit is dus ook liefde. Het verhaal gaat over twee koningskinderen die op elkaar verliefd worden. De prins (Esmoreit) is van christelijke afkomst en de prinses (Damiët) is van heidense afkomst. Ze worden op elkaar verliefd ook al denken ze dat ze broer en zus zijn. Esmoreit wil echter pas de liefde van Damiet beantwoorden als hij zeker weet dat hij niet van lagere afkomst is. Een ander woord voor abel is schoon, dus schoonspel, dit sluit dus aan op de liefde tussen Esmoreit en Damiët.

Citaat 1: “O, o welk een zware last draag ik verborgen in mijn hart! Ik word beheerst door een onstuimige liefde, die ik voor iedereen moet verbergen. O, Apolijn, ik ben – helaas – verliefd op een man van wie ik de afkomst niet ken. Maar toch heeft de liefde me stevig in haar greep.” (blz. 25)

Een onschuldig veroordeelde koningin die vertrouwd op God

De koningin van Sicilië wordt veroordeeld wegens moord op haar zoon, terwijl hij in de werkelijkheid gewoon verkocht is. De koningin zegt als ze opgesloten wordt:

Citaat 2: “Moge God, die zich liet kruisigen mij verlossen en mijn onschuld aantonen.”

(blz. 23)

Even later zegt ze ook nog:

Citaat 3: “Ach God, U bent de bron van alle rechtvaardigheid en alle waarheid.” (blz.25) Ze vertrouwt er dus op dat God haar zal helpen.

Een jongeman (Esmoreit) gaat opzoek naar zijn afkomst

Esmoreit is de kroonprins van Sicilië. Zijn geboorte is een tegenvaller voor zijn neef Robbrecht, die tot dan toe de troonopvolger was. Hij besluit daarom Esmoreit te vermoorden.

De koning van Damascus laat Platus de prins zoeken en hem naar Damascus brengen om zo de moord af te wenden. Als Platus de prins vindt is Robberecht net bezig hem te vermoorden. Platus koopt de prins van Robberecht en vertrekt weer naar Damascus. Als Esmoreit er achttien jaar later achter komt dat hij een vondeling is, wil hij meteen opzoek gaan naar zijn ouders en laat daarvoor alles, zelfs zijn grote liefde Damiët, in de steek.

Citaat 4: “O Damiët, ik ga nu weg. Moge Mohammed je ongereptheid beschermen! Wil je de koning van me groeten, want ik keer niet terug voor ik mijn afkomst heb ontdekt en voor ik weet wie mij te vondeling heeft gelegd.” (blz.31)

De voorspelling van naderend onheil, dit wordt ook vaak verbonden met kindermoord

Over de koning van Damascus wordt een voorspelling gedaan dat hij vermoordt wordt door een prins. Zijn dochter, Damiët, zal de vrouw van deze prins worden en zij zal zich ook bekeren tot het christelijke geloof. De koning stuurt zijn “dienaar” Platus eropuit om deze prins te zoeken. Deze prins blijkt prins Esmoreit te zijn. Robberecht, de slechte neef van Esmoreit, staat net op het punt om Esmoreit te vermoorden omdat hij zijn troon afpakt. Dit wordt verkomen doordat Esmoreit gekocht wordt van Robberecht.

Citaat 4: ”Hoogheid, ik was rond middernacht buiten; het was tijd voor de metten. Toen zag ik in de stand van de sterren en planeten aan de hemel dat in de christelijke wereld een kind van hoge afkomst geboren is. De jongen zal u met zijn zwaard doden, hoogheid. Uw dochter zal zijn vrouw worden en ze zal zich tot het christelijk geloof bekeren.” (blz. 9) Dit is een citaat waarin de voorspelling duidelijk wordt uitgelegd.

Macht van de koning

Esmoreit vindt het belangrijk om van hoge afkomst te zijn en hij vindt het een vernedering om van lage afkomst te zijn. Hierbij kan abel dus ook verheven, boven iets uitsteken, betekenen. Het verhaal speelt zich ook af aan hoven en bij koningen. Esmoreit zelf is ook een koningszoon. In dit verhaal is alle macht aan de koning, hij kan namelijk erg gemakkelijk zijn vrouw in de gevangenis gooien. Een ander kenmerk van een abel spel is dus de oppermacht van de koning.

Serieus toneel

De personages in abele toneelstukken spreken elkaar aan met woorden die elke ophemelen een aanzien geven. Voorbeelden hiervan zijn: hoogheid, meester, vermaarde ridder en mijn koning. Door deze woorden te gebruiken kom je erachter dat het echt serieuze stukken zijn, en dat ze niet grappig bedoeld zijn zoals kluchten. Er wordt alleen maar op een serieuze en een niet vrolijke manier gesproken.

Citaat 5: ”Ach machtige God, van wie alles afhankelijk is, U werd onschuldig aan het kruis genageld, genadige God, met drie spijkers.” (blz. 23) Dit is namelijk niet iets wat vrolijk is.

Kenmerken uit een andere stroming

De verschillen tussen de middeleeuwen en de renaissance zijn groot op het gebied van geloof. In de middeleeuwen was de mens ondergeschikt aan God terwijl de mens later net zo belangrijk werd. In de middeleeuwen was alles gericht op God en de hemel, terwijl in de renaissance de mens centraal kwam te staan. De mensen in de middeleeuwen geloofden dat de wetenschap in de bijbel was beschreven terwijl er in de renaissance de mens los kwam van de bijbel, zo ontstonden er wetenschappers. Je kunt dus zeggen dat de mensen in de renaissance veel vrijer waren dan in de middeleeuwen. Het toneel veranderde ook, de stukken waren niet langer alleen maar gewijd aan God maar gingen ook gewoon over het dagelijks leven. In Esmoreit komt God voor een groot deel aanbod maar, hij is niet een echt persoon, want hij is geen personage in het boek. Er wordt wel steeds tot God gesproken maar meer als gebeden. Het boekje gaat voornamelijk over liefde en dit is dus een kenmerk van de renaissance want toen bestonden er hoofse verhalen die over de liefde gingen.

Citaat 1: “Ach God, heb medelijden met mij in deze zware beproeving.” (blz. 23) nog een ander voorbeeld:

Citaat 2: ”Ach machtige God, van wie alles afhankelijk is, U werd onschuldig aan het kruis genageld, genadige God, met drie spijkers.” (blz. 23)

Esmoreit is een echt middeleeuws boekje, dit kun je zien aan het moeilijk te lezen Middelnederlands. De schrijvers waren in de middeleeuwen anoniem, hieruit kun je dus opmaken dat het een typisch middeleeuws boekje is. Dit komt omdat in de renaissance de schrijvers juist wel wilden laten zien wat ze konden, daarom zetten ze hun naam eronder.

Citaat 3: “Op erde nie droever man en waert. 

Ic waende sijn gheboren van hoger aert, 

Maer mi dunct ic ben een vont.” (blz.26)

Vertaling: “Nooit was er op aarde een ongelukkiger man dan ik! Ik dacht dat ik van hoge afkomst was, maar nu begrijp ik dat ik slechts een vondeling ben.” (blz. 27)

Dit is dus een voorbeeld van moeilijk Middelnederlands, je weet als je het zonder vertaling leest, totaal niet waar het overgaat. Je kunt dus hieraan zien dat het een middeleeuws boekje is want in de renaissance gingen de woorden namelijk steeds meer lijken op zoals wij ze nu kennen.

Andere opvallende zaken

Er zijn mij geen zaken opgevallen in het boekje.

Mening

Inhoudelijke argumenten

2a. Het thema van Esmoreit is liefde. Het gaat namelijk over de liefde tussen Damiët en Esmoreit. Ze zijn van verschillende klassen ook al weten ze dat niet van elkaar, want ze zijn als broer en zus opgevoed. Als Esmoreit erachter komt dat hij een vondeling is, denkt hij in eerste instantie dat hij van een lagere klasse is, maar later komt hij erachter dat hij een prins is. De liefde tussen Esmoreit en Damiët komt duidelijk naar voren, omdat Damiët precies verteld wat ze voor voelt en ze mist hem ook ontzettend als hij weggaat, ze gaat zelfs naar Sicilië voor hem. Ik vind dit een erg leuk onderwerp omdat ik wel van romantische boeken houd. Soms waren de dialogen wel een beetje extreem, met ernstige liefdesverklaringen als voorbeeld, maar dat maakte het aan de ene kant wel grappig en mooi om te lezen.

Citaat 1: “O, o welk een zware last draag ik verborgen in mijn hart! Ik word beheerst door een onstuimige liefde, die ik voor iedereen moet verbergen. O, Apolijn, ik ben – helaas – verliefd op een man van wie ik de afkomst niet ken. Maar toch heeft de liefde me stevig in haar greep.” (blz. 25) Ik vind dit mooi beschreven, want je komt echt achter Damiët haar gevoelens voor Esmoreit. Ook wordt Esmoreits naam niet direct genoemd, maar wordt hij als het ware beschreven waardoor je weer terug moet denken aan wat zich eerder afspeelde.

De personages hebben niet echt bepaalde functies en dus kan ik de functie van de hoofdpersoon Esmoreit ook niet noemen.

2b. Het boekje is nogal voorspelbaar en daar houd ik niet zo van. Het is cliché omdat je van ten voren al kunt bedenken dat als Esmoreit uit Damascus weggaat, hij zijn ouders wel vindt. Ook wist je van ten voren wel dat Damiët verliefd zou worden op Esmoreit, want anders zou er niet zoveel aandacht aan de dochter besteedt worden. Ook krijgt de slechterik op het eind altijd een straf en dat was in dit geval ook zo. Het eigenlijk een soort van sprookjes verhaal, want de prins en prinses worden verliefd op elkaar. Ook is het een soort van sprookje want Esmoreit is een soort van ridder die opzoek gaat naar zijn ware identiteit, die hij ook vindt. Nogal cliché allemaal, ik houd daar persoonlijk niet zo van want er gebeurd dan niets spannends of iets nieuws.

Citaat 2: “Robberecht, gemene ellendeling, ik heb alle reden je te haten. Je sterfdag is gekomen! Niets ter wereld kan je nog redden!” (blz. 51) Dit is dus de slechterik, Robberecht, die doodgaat, een van de vele clichés.

2c. Het verhaal is voor ons nu gezien niet echt meer realiteit want we praten nu niet meer over prinsen en prinsessen zoals vroeger werd gedaan. Ook is het voor ons nu niet meer realistisch dat de koning zoveel macht heeft dat hij de koningin zomaar op kan laten sluiten. Ik vind het nogal vreemd dat de koning zoveel macht kan hebben, maar dat was dan gewoon zo in de middeleeuwen. Ik vind het dus niet realistisch omdat het bij ons niet kan gebeuren, maar het is wel interessant om te weten dat het vroeger wel gewoon kon.

Citaat 3: “Zwijg, gewetenloze vrouw, genoeg gesproken, ik wil er niets meer over horen. Ik zal je in een kerker laten verkommeren. Robberecht, zet haar gevangen!” (blz. 23) Hierin wordt dus beschreven dat de koning de koningin gewetenloos vind en dat hij haar op wil laten sluiten.

Structurele argumenten

3a. Het boek is eigenlijk als het ware in twee delen gesplist, het eerste deel gaat over Esmoreit als baby en het tweede deel gaat over Esmoreit achttien jaar later. Dit is denk ik gedaan, omdat je zo dan een makkelijk overzicht krijgt van de gebeurtenissen die zich toen Esmoreit klein was afspeelde. Je komt namelijk te weten dat hij bijna vermoord werd, maar toch verkocht werd aan Platus en dat hij daardoor opgroeide in Damascus. Dit is dus eigenlijk een soort van lange inleiding, zodat je in het tweede deel weet waarom Esmoreit zijn echte ouders wil gaan zoeken. Ik vind dit erg handig gedaan, omdat ze zo dan wat overzichtelijker kunt lezen, vroeger hadden ze ook nog geen flashbacks die het verhaal verstoorden. Het leest dus allemaal erg gemakkelijk omdat het verhaal zich chronologisch afspeelt.

Citaat 1:

Abel spel

Sicilië

De koning van Sicilië

De koningin van Sicilië

Esmoreit, hun zoon

Robberecht, oomzegger van de koning, oudere neef van Esmoreit

Damascus

De koning van Damascus

Damiët, zijn dochter

Meester Platus, adviseur en sterrenwichelaar van de koning”

(blz.5)

Ik heb voor dit citaat gekozen omdat je hier een overzicht hebt over de twee plaatsen waar het zich afspeelt en wat er waar wordt verteld.

3b. Ik vind het verhaal niet erg spannend om te lezen, buiten het feit dat ik het gewoon snel uit wilde lezen, omdat het zo saai en kort was, had ik niet echt de drang om verder te lezen. Ik vind dit erg jammer want ik had het verhaal leuker gevonden als er meer spanning in had gezeten. Het verhaal speelt zich af rond 1400 op twee verschillende plaatsen, namelijk in Damascus en in Sicilië. Ik denk dat de schrijver met opzet niet meerdere plaatsen heeft gekozen omdat het toneelstuk anders erg moeilijk te volgen was. Ik vind dit handig omdat ik anders het verhaal niet had begrepen.

Citaat 2: ”Sicilië” (blz.7), “Damascus” (blz.9)

3c. De hoofdstukken van het verhaal zijn kort en er wordt steeds tussen twee plaatsen overgesprongen. Het was handig dat dit erbij stond omdat ik anders op een gegeven moment geen idee meer had gehad, waar het verhaal zich nou afspeelde. Het hele verhaal is kort dus het is logisch dat er dan geen lange hoofdstukken in zitten. De zinsopbouw was af en toe een beetje vreemd, ook komen er in veel zinnen goden voor, dit vond ik er lastig lezen omdat het steeds de zin onderbrak.

Citaat 3: “Lieve vader, bij Tervogant, ik heb nog nooit zo’n mooi kind gezien.” (blz. 19)

Hier wordt de zin dus onderbroken door het woord: Tervogant. Nogal storend vind ik want de zin had ook gewoon door kunnen lopen zonder bij Tervogant er in.

Persoonlijke argumenten

Het onderwerp van het boekje is liefde, dit staat mij wel degelijk aan, zolang het maar niet te cliché is wat in dit boekje wel het geval is. Ik vind het erg cliché dat Esmoreit en Damiët op elkaar verliefd worden. Dit is dan wel logisch, want anders zou het geen abel spel zijn. Ik heb geen één keer meegeleefd met één van de personages, dit komt omdat het verhaal erg, om het zo maar te zeggen, dood wordt verteld. Ook vind ik dat de emoties van de hoofdpersonen niet getoond worden in de dialogen. Ik vind het een beetje oppervlakkig allemaal en ik denk dat ik eerst het toneelstuk moet zien voordat mijn mening verandert, want het sprak mij niet aan als lezer.

Ook vind ik de naam Esmoreit erg storend, ik kan er maar niet over uit dat iemand zijn zoon die naam geeft. Elke keer dat ik de naam las, stoorde ik me er weer aan, als het nou als een geleerde had geklonken zoals Platus had ik het niet erg gevonden, maar het klinkt gewoon niet. Waarschijnlijk is dit niet echt een goed argument, maar ik vind het gewoon een storende naam! Verder is de schrijfstijl verreweg van plezierig, in de zinnen komen er steeds goden voor die vervolgens de zin verbreken (ook al uitgelegd bij structurele argumenten). De zinnen zijn echt oud Nederlands en dat vind ik vervelend lezen. Het boekje bevat tevens wel makkelijke woorden, waardoor je het boekje goed begrijpt. Het boekje heeft me eigenlijk niet erg aangegrepen, misschien komt dit omdat het boekje erg kort was. Ook vond ik de plaatsbeschrijvingen niet zo erg duidelijk. Er werd namelijk niets verteld over de ruimtes waarin de personages zich bevonden, ik vind dit erg jammer want dat maakt boeken namelijk een stuk aantrekkelijker om te lezen. Maar aan de andere kant is het wel een heel oud verhaal en de schrijvers van toen hadden er nog niet zoveel kennis en ervaring mee zoals de schrijvers van nu. Ik vind het overigens wel erg bijzonder dat de boekjes en verhalen van toen nog bewaard zijn gebleven en dat wij ze nu nog kunnen lezen, ook al zijn ze saai! Het is grappig en interessant om er via deze boekjes achter te komen hoe het leven in die tijd was en hoe de mensen toen spraken!

Morele argumenten

Kwaad wordt met kwaad vergolden, maar zuivere harten die deugen en vol trouw zijn staan het hoogst in aanzien, ik denk dat het moraal van het verhaal is want dit zegt Esmoreit op het eind van het verhaal.

Citaat 1: “Kwaad wordt met kwaad vergolden, maar zuivere harten vol deugd trouw staan het hoogst in aanzien.” (blz. 51)

Bronnen:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Esmoreit

http://www.scholieren.com/boekverslagen/titel/2797

– Anoniem -, Esmoreit. Abel spel. Groningen, Taal & Teken, 1986. 1e dr.