Selecteer een pagina

Opdracht 1. Samenvatting.

Het verhaal gaat over Max, Laurie en hun twee kinderen. Max en Laurie zijn twee jonge mensen die constant ruzie met elkaar hebben. Max is een zakenman, die meer op zijn werk is dan thuis en drie buitenechtelijke relaties heeft. Laurie is een onaantrekkelijke huisvrouw die om het minste gaat huilen en best doorheeft dat haar man andere relaties heeft, wat haar minderwaardigheidscomplex nog een stuk groter maakt. Ook de twee zoontjes werken niet echt mee aan gelukkig gezin. Het zijn vervelende, verwende jongetjes.
Ze zijn van plan met het hele gezin op vakantie te gaan, ware het niet dat ze op de heenweg de sloot inrijden. De auto is natuurlijk kapot en moet gemaakt worden voor ze verder kunnen rijden.
Gelukkig staat er aan de andere kant van de sloot een huis waar mensen wonen die kunnen helpen, door de auto uit de sloot te halen en naar het dichtstbijzijnde dorp te brengen. De mensen in het huis zijn wel een beetje vreemd. Er is een oude vrouw die tegen haar hond praat en bloed van verse kuikens drinkt, haar zoon die liefdesbrieven schrijft voor andere mensen, een meisje met het Downsyndroom, een man die niet veel praat en nogal verlegen is en er is nog een tweeling die vroeger een drieling was.
Laurie, Max en hun kinderen hebben niet door dat de mensen in het huis een beetje vreemd zijn. Zij laten zich verzorgen in het huis. Max wordt verzorgd door de twee meisjes, Biba en Ebbe, die een engelachtig uiterlijk hebben en naakt rondlopen. Laurie laat zich verzorgen door Lupo de liefdesbrievenspecialist. De twee jongetjes worden verzorgd door Agrippina, de dame die jong bloed wil. Ondertussen zijn de voorbereidingen voor een groot feest in volle gang. Het is een feest voor Sterre, de middelste van de drieling.
Terwijl Max van de stille man, Wibbe, hoort dat hij in een vrije inrichting met allemaal gekken terecht is gekomen en Wibbe de psychiater die toezicht houdt is, wordt Laurie verliefd op Lupo en probeert zij hem te verleiden. Ook de jongetjes hebben het naar hun zin. Ze zijn aan het varen met Mar, het debiele meisje. De oudste besluit dat ze haar gaan martelen en dat ze haar eigen stront moet gaan opeten.
De voorbereidingen voor het feest zijn nog steeds bezig. Biba en Ebbe slachten een zwaan en plukken een mand vol bloemen.
Het is ondertussen avond geworden en bijna tijd voor het feest van Sterre. De tweeling begint de avond met een ritueel. Ze gaan met zwanenvleugels op het dak staan, net als Sterre deed. Vervolgens laten ze de zwanenvleugels wegzweven, net zoals bij Sterre was gebeurd. Wibbe ziet deze ceremonie voor het eerst en denkt dat ze echt willen gaan springen net zoals Sterre toen gedaan heeft. Hij wordt helemaal wild van angst en moet ten slotte opgesloten worden op zolder.
Laurie weet nog steeds niet dat ze met gekken te maken heeft en probeert Lupo nog steeds te verleiden, wat niet helemaal wil lukken. Lupo is hier niet van gediend. Nadat hij in het bos de hond van zijn moeder heeft vermoord, gaan ze terug naar het huis waar de feesttafel voor Sterre al gedekt is.
De tweede ceremonie vindt plaats aan tafel. Iedereen leest een stukje voor dat hij of zij geschreven heeft voor Sterre. Ook wordt het eten opgediend. Een hartige taart gemaakt door Agrippina. Niemand weet het nog, maar later in het boek komen ze erachter dat de taart gemaakt is van gebakken eendenkuikentjes.
De jongetjes vragen of ze van tafel mogen en gaan met Mar spelen. Ook Agrippina loopt weg. Terwijl Ebbe, Lupo en Biba gaan opruimen in de keuken, vertelt Max aan Laurie dat ze in een soort gesticht zitten, maar Laurie gelooft dat niet en denkt dat Wibbe de enige gek is. Max geeft het ten slotte op en gaat naar de keuken, waar Ebbe en Biba er net achter zijn gekomen wat Agrippina in de taart heeft gestopt. Omdat Max hier niet achter mag komen, sluiten ze hem op in de kelder, waar het, zonder dat zijn dat weten, ook helemaal vol ligt met kuikenhuidjes.
Laurie blijft alleen achter en gaat in het bos op zoek naar haar zoontjes. Ze verdwaalt en komt terecht bij een psychiatrisch ziekenhuis, waar ze de waarheid hoort en een hysterische aanval krijgt. Ze wordt verdoofd en Wibbe wordt onmiddellijk opgepiept. Hij vertelt dat het allemaal niet waar is wat ze vertelt en dat het met iedereen erg goed gaat. Ondertussen wordt hij natuurlijk flink ongerust.
Als Lupo, Biba en Ebbe merken dat Mar, Agrippina en de jongetjes weg zijn, bevrijden ze Wibbe en Max. Die bundelen hun krachten en gaan zoeken. Wibbe vindt Agrippina en brengt haar direct naar het Psychiatrisch ziekenhuis, omdat haar hersentumor haar parten speelt.
Lupo Ebbe, Biba en Max zoeken ondertussen naar de jongetjes en Mar die niet te vinden zijn.
In het Psychiatrisch ziekenhuis besluit Wibbe Laurie weer mee terug te nemen en zo snel mogelijk een eind aan de lastige situatie te maken.Als Wibbe en Laurie weer bij het huis aankomen, is Mar nog steeds niet gevonden, maar de twee jongetjes wel.
Laurie en Max besluiten zo snel mogelijk naar huis te gaan en alles achter zich te laten. De jongetjes gaan mee. Pas in de auto wordt duidelijk wat er met Mar is gebeurd. Laurie krijgt een visioen van haar zoontjes die Mar vermoorden.
Of dat ook echt gebeurd is zullen we nooit weten, want dat is het einde van het boek.

Opdracht 2. Waarom?

Ik heb dit boek gekozen, omdat ten eerste het onderwerp me aansprak.Tijdens een les Nederlands hebben we klassikaal de boekenlijst doorgenomen en toen we bij dit boek uitkwamen, leek het me wel interessant en heb ik het op mijn lijstje gezet. Later kwam ik in de mediatheek en zocht naar andere boeken van Renate Dorrestein, maar kon het boek dat ik zocht niet vinden. Toen zag ik een oranje kaft staan met het woord ‘Buitenstaanders’ erop. Ik wist dat ik dit boek ook nog wou lezen en heb hem meteen geleend.
Ik verwachtte eigenlijk een heel ander verhaal dan dat het uit eindelijk bleek te zijn. Ik dacht dat het over een jongen of meisje ging dat helemaal alleen op de wereld stond en daardoor moeite had om vrienden te maken. Uiteindelijk bleek het een zeer bizar verhaal te zijn over een project. Dit hield in dat er een groepje mensen uit het psychologische instituut voor geestelijke zorg (gekkenhuis). Op een dag kwamen er een niets vermoedend gezin aan de deur om hulp vragen: zij hadden een auto-ongeluk gehad en zochten onderdak voor de periode van een nacht. Ze waren er welkom. Langzamerhand kwamen ze erachter dat er iets niet pluis was.
Toch was er wel van sprake in het boek dat het over afgezonderde mensen gingen. De patiënten en artsen die deelnamen aan het experiment moesten het project geheim houden. Niemand wist van hun bestaan af. Het huisje stond immers op een afgezonderde plek in de bossen, omringt door een ijzeren hek. En het feit dat niemand van hun bestaan af mocht weten, brengt ook weer naar boven dat ze buiten het groepje bewoners van dat huis geen contacten meer konden onderhouden. Ze kenden elkaar door en door, maar natuurlijk raak je daar al gauw op uitgekeken. Ik denk dat ze daarom die familie welkom hadden geheten.
Uiteindelijk vind ik dat het boek me is meegevallen. In het begin vond ik het maar een vreemd verhaal dat nergens naartoe leidde. Maar als je eenmaal in het verhaal zit en de structuur door hebt, is het juist heel boeiend om te lezen. Het hele verhaal vindt plaats in één dag, de dag waarop Sterre’s feest plaatsvindt. Wel krijg je vaak terugblikken op het leven van de individuen waardoor je een beter beeld krijgt van de verschillende personages. Later in het boek wordt de vreemde waarheid ontknoopt. Dit vond ik een verassend einde, daar houd ik wel van. Voor mij hoeft een boek niet zo voorspelbaar te zijn. Zo houd je er ten minste de spanning in.

Opdracht 3. Eigen keuze.

Vul elk van de volgende uitspraken aan, waarbij je je laat leiden door de inhoud van het boek dat je gelezen hebt.
Door dit boek wens ik dat …………
besef ik dat …………
besluit ik om …………
vraag ik me af wat …………
zie ik in dat …………
geloof ik dat …………
voel ik dat …………
hoop ik dat …………

• Door dit boek wens ik dat ik later wel een mooi gezinnetje ga stichten. Max en Laurie hadden namelijk constant ruzie en conflicten met elkaar. Het ging niet echt goed tussen hen, Ze probeerden op de meest vreemde manieren elkaar te kwetsen. Op het einde van het verhaal doet Max een poging om Laurie te laten voelen dat ze gek aan het worden is. Ze begint hierdoor aan zichzelf te twijfelen. Ik vind het daardoor vreemd dat ze ooit zijn getrouwd en kinderen hebben gekregen. Ik hoop zelf dus dat ik niet terecht zal komen als Laurie.
• Door dit boek besef ik dat de overheid en andere instanties projecten geheim kunnen houden voor het volk. Zo had het gekkenhuis een huis kunnen verbergen in de bossen zonder dat de mensen in het nabij liggende dorp ervan wist. Wie weet wat de overheid nog meer geheim voor ons houdt; haast alles is mogelijk.
• Door dit boek besluit ik om me sympathieker op te stellen tegenover geesteszieken. Eerst bekeek ik ze namelijk alleen van buitenaf en zag ik hoe vreemd sommigen zich gedragen, terwijl dit uiteindelijk toch onterecht is.
In het boek ontstond een conflict tussen Max, Biba, Ebbe en Lupo. Hij vond dat die mensen daar gestoord bezig waren en hij zijn twee zoons niet langer meer aan hen bloot wilde stellen. Ik vond dat echt onzin. Dat komt doordat ik eerst die mensen heb leren kennen en weet wat er in hun omgaat. Als Max ze vervolgens zo gaat behandelen, vind ik eerder dat hij de gek is! Je moet mensen dus eerst beter leren kennen voordat je ze beoordeeld.
• Door dit boek vraag ik me af wat de overheid voor ons geheim houdt. Dit boek draait om een gekkenhuis die een speciaal project heeft gehouden die voor de rest van de wereld geheim wordt gehouden. Stel je voor dat zoiets echt zou bestaan. Ik zou me verraden voelen. Het is immers mijn eigen land en ik zou graag willen weten wat daar allemaal in gebeurt.
• Door dit boek zie ik in dat ik heel veel geluk heb gehad met mijn familie. Iedereen staat hier altijd voor mij klaar en steunt me bij al mijn keuzes. Als je ons gezin vergelijkt met die van Max en Laurie, zie ik in dat ik van geluk mag spreken. Max en Laurie liggen elkaar namelijk helemaal niet en maken vrijwel constant ruzie in bijzijn van hun eigen kinderen.
• Door dit boek geloof ik dat de overheid de macht heeft om bepaalde zaken geheim te houden voor het volk. In dit geval is dat een huis waarin geesteszieken samenwonen om hun vrijheid zo veel mogelijk te behouden.
• Door dit boek voel ik dat ik geestesziekten nu meer begrijp. Ik dacht namelijk altijd dat het gewoon gestoorde mensen waren zonder enige emotie. Maar nadat ik dit boek had gelezen, drong het tot me door dat ik al die tijd al ongelijk heb gehad. Achter die mensen schuilt een groots hart. Het blijven gewone mensen, alleen dan met een stoornis in de hersenen waar ze zelf dus niets aan kunnen doen.
• Door dit boek hoop ik dat ikzelf nooit hersenkanker zal krijgen. Agrippina, de oudere dame uit dit verhaal, had een grote tumor in haar hersenen zitten. Hierdoor ontstonden er waanbeelden. Zo liep ze langs een meer waar zij plotseling oranje limonade uit zag spuiten. Ook zag ze alles vervormd en nam de lucht en het water andere kleuren aan. Ze wankelde verder en zag steeds nieuwe dingen opduiken. Toen ze diezelfde avond in bed lag kon ze niet meer stoppen met zichzelf te krabben. Wibbe, de initiator van het project, vond haar. Het was niet meer mogelijk om te communiceren met haar: ze was helemaal van de wereld. Mij lijkt het ontzettend eng om die persoon te zijn, hoewel ik er zelf waarschijnlijk dan weinig van zal merken. Wel lijkt het me verschrikkelijk voor de familie. Die is namelijk toch je verwante en willen voor je zorgen. Maar dat zal dan niet langer meer gaan: zij voelen zich hulpeloos. Dat zou ik ze nooit aan willen doen.

Opdracht 4. Leeservaring met verhaalfiguren.

Agrippina:
Agrippina is een op zich zelf staand mens dat de moederrol in het huis wil vervullen. Daarom is zij degene die de beslissingen neemt voor het ‘gezin’. Ze heeft dus graag de touwtjes in handen, dat ik goed kan begrijpen van haar. Ze heeft namelijk het grootste deel van haar jeugd doorgebracht op straat, zonder iemand te hebben waarop ze kon bouwen.
Maar op een dag ontmoette ze een man van wie ze de naam niet meer wist. Ze noemde hem de Allesplakker: hij was de baas van een lijmfabriek. Hij heeft haar uitgenodigd bij zijn appartement omdat ze zulke mooie ogen had en nog zo jong en onschuldig was. Daar heeft hij haar ontmaagd, waarna hij haar deelde met vier zakenpartners van hem. Zelf vond ze het helemaal niet leuk. Naderhand wikkelde hij haar in een jasje en zette haar terug op staat. Hij misbruikte haar naar mijn idee. De volgende dag werd ze weer opgehaald voor seks. Agrippina dacht dat dit echte liefde was en werd verliefd op de Allesplakker. Eindeloze nachten gingen op deze manier voorbij. Tot ze zwanger werd. De Allesplakker dumpte haar en wilde niets meer met haar te maken hebben. Pas na negen maanden nam hij contact met haar op, en nam hij haar terug. Toch was hij nog steeds boos, omdat ze niet meer zo jong was. Zij voelde zich hierdoor schuldig en deed er alles voor om jong te blijven.
Door deze gebeurtenissen is zij alles op alles aan het zetten om jong eruit te blijven zien. Ze neemt iedere dag drie wisselbaden om haar borsten stevig te houden. Ook drinkt ze bloed van onder andere ratten, muizen en kuikentjes. Dit had een Griekse Filosoof namelijk ooit gevonden als een remedie voor het verouderingsproces. Zij gelooft daarin. Op een dag kreeg ze zelfs de lust om het bloed van de twee kinderen van Max en Laurie op te drinken. Uiteindelijk heeft ze aan de hand van een list bloed uit hun vingers kunnen zuigen.
Ik vind het onbegrijpelijk dat iemand zich zo veel aantrekt van het verouderingsproces. Bijna iedereen wil jong blijven, maar om het zo ver te laten komen om bloed te gaan drinken is voor mij onvoorstelbaar. Maar aan de andere kant is het ook logisch als je kijkt naar wat zij heeft meegemaakt. Ze was eenzaam, zwierf op straat en had geen doel in haar leven. Toen de Allesplakker verscheen dacht zij dat ze toch de moeite waard was en dat er ook mensen van haar konden houden. Maar toen ze enige verschijnselen van ouderdom ging vertonen, ging het mis. Daarom is ze er zo erg door bezeten.

Opdracht 5. Leerervaring.

Ik kijk door dit boek anders tegen anderen aan. Eerst dacht ik namelijk dat geesteszieken mensen waren die helemaal niet meer spoorden en waar geen logica in zit, maar nadat ik de voorgeschiedenis van Agrippina had gelezen snapte ik waarom ze bloed drinkt en waardoor dat komt.
Wel denk ik nog steeds dat ze onvoorspelbaar zijn. Agrippina krijgt namelijk in het bos hallucinaties en haalt zich daardoor allemaal dingen door het hoofd. Ze denkt zelf dat de oorzaak een gebrek aan bloed is. Dus wilt ze zo snel mogelijk terug naar de kelder om daar een paar ratten leeg te zuigen. Daardoor denk ik dat ze onvoorspelbaar is: ze zou als ze diep in de bossen zat met een van de twee zonen van Max en Laurie misschien wel het bloed van hem gaan drinken. Die gedachte verandert dus niet.
Ook heeft het mijn kijk op de maatschappij veranderd. Ik zie nu namelijk in dar de overheid of andere instanties best dingen geheim kunnen houden voor het volk. Zij hebben immers de macht om zoiets lopend te houden. Denk maar eens aan het Manhattan-Project. Dat was een project dat in Amerika werd gehouden. Daar werd in het diepste geheim een atoombom ontwikkeld door de beste experts ter wereld. Niemand buiten de betrokkenen wisten ervan. Daardoor zou het dus kunnen dat de overheid wellicht projecten voor ons geheim houdt. Dit boek heeft me hiermee nog meer aan het denken gezet.

Opdacht 6. Mening.

Ik vind het een heel mooi boek, omdat achter ieder personage een verhaal schuilt. Het karakter van al deze personen sluiten daarop aan. Zo speelt het verleden van Agrippina een grote rol in de vorming van haar karakter, zie opdracht 4. Daarom vind ik het een heel mooi verhaal.
Ook vind ik dat Ranate Dorrestein een heel goede schrijfster is. Dit boek speelt zich namelijk af op één dag. Toch weet ze het boek boeiend te houden door het terugblikken in te zetten. Je kijkt terug op de jeugd van Agrippina, de ontmoeting met haar zoon Lupo die nu ook in hetzelfde huis woont, het verhaal van Evertje Polder (de hond van de Allesplakker die Agrippina uiteindelijk adopteerde) en ga zo maar door. Daarom vond ik het boek erg boeiend.
Ook vind ik het verhaal spannend. ’s Ochtends is namelijk er een auto-ongeluk gebeurd en doet Laurie heel bot tegen Max, terwijl je nog niet echt weet wat er allemaal speelt tussen hun. Daarna achtervolgen ze een meisje naar het huis, waar ze door Agrippina vriendelijk wordt ontvangen. De gebeurtenissen zijn zo vreemd en raar, dat het moeilijk wordt te voorspellen wat er daarna zal gaan gebeuren of hoe het zal aflopen. Zo dacht ik er even serieus van overtuigd dat Agrippina de twee jongetjes om het leven zou gaan brengen.
Het boek heeft ook een open einde waardoor ik zelf nog een tijdje na zat te denken of Laurie die verhalen van Max echt zal gaan geloven en zich gek zal gaan voelen, of dat ze toch de waarheid onder ogen zal gaan zien. Zelf vind ik open einden niet leuk, omdat de schrijver je dan zelf een einde laat verzinnen. Ik vind dat de schrijver dat moet doen omdat het zijn verhaal is. Ik geef mijn voorkeur dus aan gesloten einden. Dan weet ik ten minste zeker hoe het met de personages af zou lopen. Maar in dit geval kan ik me goed voorstellen dat ze voor een open einde heeft gekozen. Het verhaal speelt zich dus af op één dag, en als ze een gesloten einde had willen schrijven zou er veel meer tijd moeten verstrijken.